Mensen denken vaak dat ik zo’n net meisje ben en vooral dat alles altijd superopgeruimd is en er geen stofje te bekennen zal zijn. Mis. Vooral op dagen dat ik werk aan een deadline lijkt het alsof er een bom ontploft is, en dat alleen door mijn zooi.
Ik zou voor alles to do-lijstjes maken en ze categoriseren met kleurtjes. Op tafel liggen alleen de dingen die ik op dat moment nodig heb, inclusief mooie plakkertjes die precies aangeven op welke pagina’s ik moet zijn. Natuurlijk zijn mijn aantekeningen ook op logische wijze gecodeerd en mijn computer is al helemaal een brok van organisatie. Mijn bijnaam is niet voor niets Monica Geller.
Tweede Monica Geller
Monica Geller is wel heel extreem en de ideeën die mensen hebben over mijn studeren komen ook niet bepaald in de buurt van de werkelijkheid. Ik doe wel pogingen om zo georganiseerd mogelijk te werk te gaan, maar weet je hoe makkelijk het is om je niet aan je planning te houden? Door ze bijvoorbeeld ineens te categoriseren met kleurtjes. Die tijd kan ik beter gebruiken om werkelijk te studeren. Op tafel liggen alleen de dingen die ik nodig heb tussen natuurlijk nog tien andere boeken die ik een paar uur geleden nodig had of die ik mogelijk aan het eind van de dag wel kan gebruiken. Geordend in willekeurige stapels op volgorde van hoe ze daar op gegooid werden. Lijkt me duidelijk dat ik een tweede Monica Geller ben.
Structuur en studeren
Dan komt het studeren zelf. Je zou verwachten dat ik precies weet wat ik moet en wil doen. Dat klopt ook. Het enige probleem is dat ik dan helemaal blokeer, want zelfs al ben ik een stijve trien die gek is op structuur en georganiseerd zijn, met schrijven bak ik er dan spontaan geen hout meer van. Precies de reden waarom vooruitbloggen voor mij niet werkt, maar helaas ook de reden dat ik mijn methodology gisteren niet af heb gekregen en nu dus thuis blijf in plaats van mijn vriend aan te moedigen op de kartbaan. Dan is het ineens allemaal niet meer zo leuk en moet ik het studeren zo makkelijk en (ja, toch nog) zo leuk mogelijk maken.
Theekransjes en kaarsjes
Daar horen absoluut de nodige potten thee bij. Op zulke dagen heb ik theekransje na theekransje, maar zonder mensen om tegen te kletsen: zo spraakzaam is Poes niet als hij slaapt en scriptiedagen staan gelijk aan Facebook-vrije dagen. Voor de gezelligheid hoef ik het dus niet te doen. Om het toch wèl wat gezelliger te maken, steek ik dan maar kaarsjes aan. Daar kan ik optimaal van genieten vanachter mijn boekenbunker en met de lamp aan. Dan bedenk ik me dat ik maar eens op moet ruimen zodra ik klaar ben met die ene alinea, waar ik dat boek daarginds voor nodig heb. Voorzichtig probeer ik één van de wolkenkrabbers te deconstrueren, maar dat loopt uit op een grote ramp. Dat krijg je ervan als je zo georganiseerd bent als ik.
Toch moet er een scriptie geschreven worden deze kerstvakantie, of ik dat nu gezellig vind of niet. Ik neem me voor om het dit keer ècht georganiseerd te houden op de tafel. Dat er alweer een kleine wolkenkrabber naast mij ontstaat zeg ik er natuurlijk niet bij, want zo gaat het leven achter mijn boekenbunker.
4 reacties op “Het leven achter mijn boekenbunker”
Ik kan niet tegen troep als ik studeer. Echt niet.
Ik dus eigenlijk ook niet, maar het gebeurt gewoon. Als ik tussendoor telkens alles opruim krijg ik echt niets meer gedaan.
Leuk om te lezen hoe jij omgaat met organiseren! Ik droom van de dag dat ik goed kan organiseren en alles mooi op stapeltjes heb liggen, lijstjes heb voor alles en precies weet waar ik aan toe ben. Ik vraag me af of die dag ooit een keer gaat komen met mijn warhoofd 😉
Bunker maar lekker door met je boeken dan komt het vast wel goed!