Laatst had ik het over de Goedgemutste Breicampagne en mijn breitalenten. Vandaag is het dan zo ver en gaan alle mutsjes op de post zodat ze ruim voor 1 december bij Innocent aankomen. Benieuwd of ik die schoenendoos vol heb gekregen of dat ik zelf vast zat in de bollen wol?
Misschien was het vorige keer al duidelijk, maar dat eerste mutsje heeft me bloed, zweet en tranen gekost. Dat terwijl ik het begin niet eens zelf heb gemaakt: mijn moeder heeft ‘m opgezet en de eerste paar pennen gebreid. En toch… De euforie toen ik het pluimpje er eindelijk op kon zetten was groot.
Moed in de schoenen gezakt
De moed die ik overhad was echter best wel klein. Als ik al zo’n moeite had met verder breien en zelfs een kleine ramp had veroorzaakt waarvoor ik naar mijn moeder moest om het op te laten lossen, hoe kon ik dan in godsnaam zelf een mutsje opzetten? Nee, ik zou wel een nieuw mutsje beginnen zodra ik mijn moeder weer had gezien en zij de eerste pennen zou doen. Wat een held ben ik toch.
Verbijstering
Dat plan bleek niet te werken toen ik al een tijd niet meer bij mijn ouders was geweest. Dapper als ik ben besloot ik een poging te wagen. Ik koos uit mijn enorme collectie (vier kleuren waarvan twee keer paars) een bol wol, pakte mijn pennen erbij en voor ik het wist zaten al die steken erop. Verbijsterd keek ik naar de pennen. Hoe kon dit nu? Toen mijn moeder het me voordeed, was ik zo’n natuurtalent dat ze uiteindelijk besloot om zelf dat begin te maken. Nu zonder voorbeeld zette ik alle steken erop alsof ik mijn hele leven niet anders gedaan had. Dat beloofde veel goeds voor die schoenendoos die ik vol wilde krijgen…
Prutsen met pompoentjes
Dat breien ging ook best goed. Ik werd steeds vlotter omdat ik wat minder strak aantrok (ik brei zo strak dat er amper een stopnaald doorheen kan) en het zag er ook nog eens behoorlijk goed uit. Dat kan natuurlijk ook niet anders als je zo’n geboren natuurtalent bent als ik. Maar toen sloeg het noodlot toe… Was ik zo trots op het pompoentje op mijn eerste mutsje (want dat leuke pluisje had ik wèl helemaal zelf gemaakt!), zo kreeg ik het nu met geen mogelijkheid meer voor elkaar. Nadat mijn elfde poging in een stel zielige draadjes uit elkaar viel, hield ik ermee op. Ik zou het bij mijn volgende mutsje wel weer proberen.
Schoenendoos
Ik maakte nog twee mutsjes en ik denk nog wel dertig pompoentjes waarvan geen mijn mutsjes heeft gehaald. Ik heb geen schoenendoos om ze in te doen, maar al helemaal niet genoeg mutsjes om zo’n hele doos mee te vullen: de teller is op vier blijven staan, waarvan mijn moeder op drie stuks nog pompoentjes moet maken. Natuurlijk ben ik teleurgesteld, maar misschien had ik ook iets realistischer moeten zijn. Hoe kon ik van mezelf (met mijn breitalenten) verwachten dat ik zo veel mutsjes zou breien? Ik had namelijk zó veel vrije tijd dankzij de zeven boeken die ik in vijf weken tijd moest lezen, de uren aan films die ik moest kijken, de artikelen die ik door moest spitten en de belachelijke hoeveelheid aan deadlines die ik moest halen. De uni liet slechts een paar uur vrije tijd per week over, als ik geluk had. Zelfs al zijn het goede redenen, toch vind ik het jammer. Voor 2013 doe ik alles anders en brei ik gewoon het hele jaar door af en toe een mutsje. Wie weet komt er zelfs een haute couture kunstwerk uitgerold.
Heb jij meegedaan aan de Goedgemutste Breicampagne?
Één reactie op “De Goedgemutste Breicampagne – De mutsjes”
Uiteraard heb ik je moeder gesteunt met het meedoen aan de campagne, ik wens jou een breivol jaar toe en ben benieuwt hoe ver de teller oploopt??