Categorieën
Columns

Mijn eigen stemgeluid

Er zijn van die dingen waar je gewoon echt een hekel aan hebt. Spinnen, hondenpoep, de weegschaal. Maar iedere keer weer dat ik een interview terugluister om het verhaal te schrijven ontdek ik iets dat nog veel erger is dan al die dingen bij elkaar en waarvan de rillingen over mijn rug lopen: mijn eigen stem.

Zo zat ik laatst ook weer met mijn koptelefoon op en drukte ik op afspelen. Om de één of andere reden presteer ik het altijd om eerst iets heel awkwards te zeggen zodra de opname begint, waardoor mijn eigen stem gelijk in mijn oren schalt. Terwijl er een gevoel van opluchting door mij heen gaat als ik de geïnterviewde hoor praten, vrees ik tegelijkertijd het moment waarop ik weer een vraag stel en dat verschrikkelijke geluid moet horen.

Dit hoor ik bij een opname

Er zijn namelijk heel veel dingen mis met het horen van je eigen stem.

  • Zo klink ik ineens als een man, zo’n lage stem heb ik.
  • En dan praat ik blijkbaar ook nog eens heel monotoon. Hallo, ik heb Engels gestudeerd en Engelsen spreken met heel veel intonatie. Niets van te merken, blijkbaar.
  • Het is maar goed dat ik geen docent ben want ik zou er zo één zijn waarbij de hele klas binnen drie seconden ligt te slapen door mijn saaie stem.
  • Sommige mensen hebben een gouden keeltje, en dan niet alleen als ze zingen, maar altijd. Die hebben een stem waar je graag naar luistert, die je oren haast streelt. Ik niet. Wat zeg ik? Mijn stem klinkt zelfs een beetje onzuiver. Vals.
  • WAT PRAAT IK HARD!

Dit hoor ik in het echt

Dat is dus wat ik te verduren heb als ik een interview uittyp. Godzijdank hoef ik mijn eigen vragen nooit terug te luisteren en over te typen, zoals dat bij quotes soms wel drie keer moet, want je snapt dat ik dat niet zou trekken met mijn geluid. Maar het ergste is nog dat ik hier in het dagelijks leven helemaal geen last van heb. Dan klinkt mijn stem namelijk zo:

  •  Niet heel hoog.
  • Ook niet heel laag.
  • Een beetje neutraal dus.
  • Niet nasaal en ook niet monotoon.
  • Eigenlijk klinkt mijn stem heel normaal en oké.
  • Goed, ik geef toe dat ik gewoon als een nachtegaaltje klink.
  • En dan ook nog eens met een normaal volume dat prettig is om naar te luisteren.
  • Betrapt: jullie hebben eindelijk de ware reden ontdekt achter het nooit deelnemen aan zangtalentshows. Het zou namelijk niet eerlijk zijn voor de rest, dat snappen jullie wel.

Dit is niet half zo verschrikkelijk

Je snapt dus ook wel waarom ik van een koude kermis thuiskom als ik mijn koptelefoon opzet en begin aan het uittypen van een interview. Zelfs als het een superleuk interview is (en ik doe alleen maar superleuke interviews), dan nog blijft mijn stem verschrikkelijk. Ja, zelfs verschrikkelijker dan:

  • Spinnen (die kan ik namelijk ontwijken).
  • Hondenpoep (dat is toch verboden hier in de stad).
  • File (als ik in mijn auto zit, ben ik gelukkig).
  • Regen (dat is namelijk best oké als je ’s avonds op bed ligt en de regen hoort tikken tegen het raam).
  • Geen internet (dan heb ik plotseling ook meer tijd om die zes miljoen andere dingen die ik toch al wilde doen ook werkelijk te doen).
  • Een aangebrande tosti (je kan zo weer een nieuwe maken).
  • Een kapotte autoradio (die is te vervangen door een veel mooiere).
  • Vroeg opstaan (je raakt eraan gewend en zo niet, dan was het vast eenmalig).
  • Tentamens (een goed cijfer maakt een hoop goed. Moet je wel dat cijfer halen, natuurlijk).
  • Mensen die je op de middelste rijstrook niet inhalen en naast je blijven rijden. En dat je dan je afslag mist want ja, rechts inhalen mag ook weer niet (maar dan rijden we wel een beetje om. Betekent ook nog eens extra tijd in de auto: hoera!).

Maar het vervelendste van dat alles is nog wel: hoe klinkt mijn stem nu in het echt?

6 reacties op “Mijn eigen stemgeluid”

Oh god ja, het uittypen van gesprekken. Vreselijk! Ik heb juist een best hoog stemmetje, het klinkt zelfs een beetje kinderlijk. Dat zeggen mensen wel vaker trouwens, dat ik een ‘schattige’ stem heb (ja doei, ik klink dus gewoon als een baby!) maar het valt mij niet zo op. Alleen elke keer word ik er maar weer mee geconfronteerd als ik een opname uit moet typen. Ieh.

Een wat ouder artikel, maar nog steeds van toepassing. Althans, voor mij dan. Ik zit, terwijl ik deze reactie schrijf, pogingen te doen om mijn eigen stemgeluid te negeren, een zucht van opluchting slakend als zo meteen de geïnterviewde weer begint te praten. Ja, ik zit een interview uit te werken. En nee, dat vind ik niet leuk. Terwijl het een prachtige opdracht is en ik goede herinneringen heb aan het gesprek. Maar oh, wat is het toch vreselijk jezelf terug te horen. Die uitschieters! Die hoge, bijna kinderlijke vragen! Of ik continu verbaasd ben, zo klink ik. Voor mijzelf dan.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *