Categorieën
Columns

De thuissporter

De thuissporter verschilt op het eerste gezicht niet zo veel van de sportschoolsporter: beiden worden gekenmerkt door rode hoofden, zweetdruppeltjes die over die rode hoofden parelen en het nodige gepuf en gesteun om net die ene crunch er nog uit te persen. Het enige verschil is dat de sportschoolsporter in zijn natuurlijke habitat lijkt te zijn terwijl de thuissporter er als een volslagen idioot uitziet in zijn eigen woonkamer. Drie maal raden hoe ik dit weet.

Het is zondagochtend. Bij iedere houding die ik in bed aanneem word ik weer bruut herinnert aan het feit dat ik de donderdag naar de sportschool ben gegaan. Dat ging overigens verrassend goed na een break van eh… Goed, een aantal maanden. Ik deed zelfs wat buikspiersetjes met 25 kilo in plaats van de gebruikelijke 20 kilo. Iedere vrouw moet namelijk buikspieren kweken (lees maar eens een vrouwenblad – een platte buik is wat we allemaal willen!) en mijn fysiotherapeut roept al sinds ik moest stoppen met jazz-ballet en rugklachten heb dat ik echt aan de bak moet met mijn abs. Jammer genoeg ben ik er zelf nog altijd van overtuigd dat het best goed zit met mijn sixpack. Je ziet ze nog steeds als ik ze aanspan. En juist daar heb ik géén spierpijn.

Rollatermodus

Mijn teamgenoten van het formatieteam mogen blij zijn dat er geen training is deze zondagochtend, want ik ben dus nog steeds in rollatormodus (lees: loopt als een oud omaatje door spierpijn in liezen). Ik kom een app tegen van Nike (maar niet die voor het rennen – daar ben ik niet voor gemaakt, jongens) en besluit terwijl ik nog in bed lig dat ik die eens zal gaan testen. Immers, bewegen is het beste medicijn tegen spierpijn.

Lekker tussendoor

Later die middag is het zo ver. Ik kies voor Get Toned > Beginner (laat ik het rustig opbouwen) > Body Flexor. Het zal een halfuurtje duren – perfect dus. Ik heb namelijk geen problemen met naar de sportschool gaan, maar hoe fijn is het als je lekker thuis, tussendoor, je halfuurtje bewegen kan doen? Niemand die ziet hoe jij bij de simpelste oefening al bijna buiten adem bent. Ideaal. Ik kom dus in sportoutfit (inclusief mijn coole Nikes!) beneden en begin ik met de warming-up. Twee minuten op de bal van de voet joggen. Ik heb nog geen seconde erop zitten of ik realiseer het me al:

Ik lijk een volslagen debiel.

Idioot

Poes bevestigt dat met een hoe-durf-je-mijn-rust-te-verstoren blik. Alsof het nog niet raar genoeg is om door je huis heen te joggen (hijgend, omdat je nog nooit gejogd hebt en de conditie daarvoor dus ontbreekt), bestaat de volgende oefening uit achteruit lopen met relatief hoge passen, een beetje zoals je zou doen wanneer je ergens achteruit overheen stapt. Poes kan het al niet meer aan en vlucht naar zijn doos (die overigens plat is – erg goede schuilplek dus) om mij te bespieden terwijl ik straight leg kickend door het huis loop. Gevolgd door zijn ogen voel ik me nog idioter dan ik al deed.

Het gordijn aan de overkant

Ik herken best wat oefeningen uit mijn danstijd, al waren ze toen vooral gericht op lenigheid. Het meisje dat de oefeningen voordoet heeft echter een flink tempo erin zitten en ik voel me een slome, klunzige slak (steeds meer naar lucht happend), prijs me gelukkig dat niemand me kan zien. Wacht. Ik kijk door het raam en zie aan de overkant een gordijn bewegen. Zouden… Nee, ze kunnen toch niet zo ver ons huis in kijken?

Aanval

Het idee is dus dat ik oefeningen doe, lopend en bewegend door ons huis, liggend op de grond en vooral hijgend en puffend alsof ik een triathlon doe terwijl ik in werkelijkheid met lunges, squats, planks, press upps en crunches bezig ben. Ik probeer zo ver mogelijk te springen bij de ski jumps, precies zoals de instructrice vertelt maar in werkelijkheid zijn het huppelige balletsprongetjes. Mijn favoriete deel van de work-out zijn de stretchoefeningen aan het eind, die ik dankzij dansen nog een stapje moeilijker kan maken zonder dat het mij moeite kost (há! Take that, instructrice). Terwijl ik rustig op de grond in een stretch lig, word ik aangevallen. Poes heeft mijn hand gevonden en besluit binnen één seconde om op mijn stretchende buik te gaan staan.

Het verhaal van de thuissporter

Ik heb een even rood hoofd, zweet net zo veel en voel mijn spieren nog beter dan in de sportschool (of komt dat door die nog altijd aanwezige spierpijn?). Het ziet er alleen wat minder charmant uit, want je denkt: ‘oh, dat doe ik wel even,’ maar in werkelijkheid blijkt je conditie helemaal niet zo fantastisch als je dacht en zijn die spieren er wel, maar de kracht… Hijgen, zweten en lachen omdat je telkens bedenkt hoe debiel dit eruit ziet als je vriend nu binnen zou komen lopen. Dat is het verhaal van de thuissporter.

5 reacties op “De thuissporter”

Die Nike-app heb ik ook, erg handig als ik geen zin heb om nog uit te breken om naar de sportschool te gaan. Je moet je inderdaad niet indenken hoe je er dan uitziet, charmant is anders, haha. Maar we hadden ook op de bank kunnen blijven zitten!

Ik kan me precies verbeelden hoe het er toe ging,zou graag de gedachte van Jack weten,volgens mij is de sportschool de betere optie omdat iedereen toch met een zelfde instelling komt en men er graag bezweet en rood uitziet!Alleen de gedachte vanJack is al voldoende om toch voot de sportschool te kiezen.

Gelukkig is zwemmen en dansen ook sport 😉 Sterker nog, ik heb eigenlijk altijd gedanst, maar door medische redenen gedwongen om te stoppen. Diezelfde medische redenen dwingen me er nu toe om te sporten, maar gelukkig vind ik het niet erg en probeer ik dingen te vinden die ik ook oprecht leuk vind 🙂 (En: ik dans weer sinds een paar maanden!)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *